Skip to main content
| Geschreven door Marcel Duijvekam

logo-beursplein5-gevel-site_Fotor.jpg

Sparen, beleggen en de fiscus.

Het was een mooi jaar voor aandelenbeleggers en wederom mager voor spaarders. Hoe ziet het plaatje eruit als de Belastingdienst straks langs is geweest?
Blijft er wat over?

Rendement

Spaarders blijven op een houtje bijten. Rentestanden blijven onder druk om de economische groei te stimuleren en als gevolg van hulp op de kapitaalmarkten van de Centrale Banken. Commerciële banken voelen weinig druk om te stunten met spaarrentes. De aandelenbelegger had het een stuk beter. Een voorzichtig begin van economisch herstel leidde tot hogere koersen. De AEX steeg bijna 20%, inclusief de herbelegde dividenden.
De verdeling van het vermogen over spaarrekeningen en/of aandelen beleggingen zijn, na de 1,2% vermogensrendementsheffing, bepalend voor het uiteindelijke rendement. Logisch, natuurlijk.

Fiscale toekomst

Vorig jaar verscheen het rapport van de Commissie van Dijkhuizen waarin aanbevelingen om het belastingstelsel te hervormen. Een van de aanbevelingen van de experts is het aanpassen van de vermogensrendementsheffing van het huidige fictieve rendement van 4% naar een realistisch gemiddelde van de marktrente van de laatste 5 jaren. Over dat fictieve rendement wordt dan weer 30% belasting geheven. Deze benadering van belastingheffing krijgt veel bijval, maar realisatie is nog ver weg. Het is momenteel gewoonweg een te zware maatregel voor de begroting. Voorlopig moeten we het dus nog met een te hoge fictieve berekening doen.

Onder de ton zitten de spaarders

De Commissie heeft ook een aantal typische profielen in de data van de Nederlanders gevonden. In veel gevallen wordt er bij vermogens onder de 100 duizend euro alleen gespaard. Vermogens van circa 250 duizend euro zijn gespreid belegd over aandelen, obligaties en spaarvormen. DuijvekamFinancieel is ervan overtuigd dat ook vermogens onder de 100 duizend euro gemiddeld beter af zijn met een gespreide portefeuille en een vergelijkbaar rendement moeten kunnen behalen. Voorwaarde is wel dat de kosten van beheer zo laag mogelijk zijn.

Wat kost box 3 eigenlijk?

Voor uw heffing in 2013 gaan we uit van de volgende cijfers. Aandelen leveren 20% rendement en sparen gemiddeld 1,6% op een flexibele spaarrekening. De gemiddelde rente op deposito’s met een langere looptijd zijn hoger(bijv. 2,5% voor 2 jaar vast), maar die laten we hier voor het voorbeeld buiten beschouwing.
Bij een ton op de spaarrekening, blijft er bij 1,6%  en na 1,2% vermogens-rendementsheffing slechts 0,4% over, oftewel 400 euro. Let wel, dit na de vrijstelling van ruim 20.000 euro in box3. Met 250 duizend gespreid, waarvan circa 40% in aandelen, is het gemiddeld behaalde bruto rendement in 2013 9,4%. Hier gaat weer de 1,2% vanaf resteert netto rendement van 8,2%. Netto ruim 20.000 euro koerswinst en er is 3000 euro afgetikt met de belasting in box 3. Ook hier weer na vrijstelling van eerste 20.000 vermogen. Kan erger, toch?

Beleggen of toch sparen?

2013 was een extreem jaar wat betreft rendement op aandelen. Een vergelijk met sparen zal dan ook altijd over een langere termijn gedaan moeten worden. De fiscale situatie mag natuurlijk nooit bepalend zijn in de afweging. Belangrijk is te bepalen wel risico u wilt lopen en welk doel u nastreeft. Een goed integraal FinancieelPlan kan hier een duidelijk beeld in scheppen. Hier kan DuijvekamFinancieel u bij helpen.

Voorlopig dus maar afwachten of het kabinet Rutte de voorstellen van de Commissie van Dijkhuizen zal oppakken. Dat zou nog eens goed nieuws zijn voor de spaarders, die het nu moeten doen met een schamel netto rendement. Met renteniveaus’s die momenteel nog niet echt omhoog gaan blijft het sappelen voor de spaarder.

logo.jpg